Het Romeins Recht


Het Romeins Recht Codex Justinianus

De Codex Justinianus is een Byzantijnse bron van het Romeinse Recht uit de late oudheid, samengesteld in opdracht van keizer Justinianus I in Constantinopel. De tekst was klaar op 7 april 529 en bestaat uit een geordende verzameling van meer dan 2000 regels van gewoonterecht, keizerlijke wetgeving en rechtspraak uit de voorliggende periode, sommigen 1000 jaar oud. De samenstelling van de Codex is te danken aan de ijver van een commissie bestaand uit tien rechtsgeleerden, waaronder de latere voorzitter en hoge ambtenaar Tribonianus en de belangstelling van keizer Justinianus I voor het oude Romeinse recht. Met dit grote wetgevingsproject hoopte Justinianus meer politiek gezag te krijgen en de macht van het keizerrijk te verstevigen.

De Codex Justinianus bestaat uit een verzameling van oudere keizerlijke verordeningen (constitutiones) en rescripten. Deze werden onder meer verkregen uit de Codex Theodosianus, van keizer Theodosius II (437) en verordeningen die waren beschreven in particuliere verzamelingen van keizerlijke constitutiones, zoals de Codex Gregoianus (130 - 290) en de Codex Hermogenianus (293–94). Ook werden regels opgenomen die golden ten tijde van keizer Hadrianus (begin 2e eeuw). De tekst bevat geen wetgeving van Justinianus zelf, of een van zijn wetgevende organen, maar is wel onder de regering van Justinianus door de Senaat tot wet verheven. In de tijd van de Romeinen betekende het woord codex simpelweg boek en kon dus in die tijd ook een niet-juridische inhoud bevatten, tegenwoordig wordt het begrip echter algemeen in de zin van wetboek gezien, mede door verspreiding van het begrip in de samenhang Codex Justinianus. Vervolgens is hiervan de term codificatie afgeleid, het verzamelen, ordenen en vastleggen van geldende regels.


THE•EMPIRE'S•LEGAL•SYSTEM

"Shortly after Justinian became emperor in 527, he decided the empire's legal system needed repair. There existed three codices of imperial laws and other individual laws, many of which conflicted or were out of date." 
Achtergrond Code Civiel - Van de twaalftafelenwet naar de twaalf presumpties van het maritieme Romeinse Hugo Grotius roodkapje gerecht alwaar men de Enige Erfgenaam boete bedragen oplegt geschreven met een vork VVV

De Twaalftafelenwet, of Wet der twaalf Tafelen (Latijn: Leges of Lex duodecim Tabularum, Lex XII Tabularum, Duodecim Tabulæ), vermoedelijk uitgevaardigd in 451-450 v.Chr., was het oudste geschreven recht van het Romeinse Rijk.[1][2] Hij is opgesteld ten tijde van de Romeinse Republiek door een speciaal daarvoor benoemd tienmanschap, de decemviri legibus scribundis en werd bekendgemaakt door twaalf bronzen platen die op het Forum Romanum werden geplaatst. Daarmee markeerde de Twaalftafelenwet de overgang van een gewoonterecht dat slechts gekend werd voor een geprivilegieerde groep van gestudeerden, naar geschreven wetten die door de stad waren uitgevaardigd en kenbaar waren voor iedereen. De teksten waren meer dan duizend jaar de basis voor de vorming van het Romeinse recht en enkele beginselen en rechtsfiguren zijn nog te vinden in het huidige Belgische en Nederlandse recht.[3] De volgende alomvattende codificatie vond plaats in opdracht van de Byzantijnse keizer Justinianus I in de 6e eeuw, genaamd de Codex Justinianus.